‘Hoe weet je waar het gestopt is, de vrijheid?’,
vroeg de denker zich hardop af.
Hij staarde een beetje over de weilanden
waar het heiig was.
De druppeltjes legden een sluier over de horizon,
nog een paar, en het dorp verderop
dat nu van een schilderij
de eigenschappen had,
zou worden verdrongen door mist.
De ultieme belemmering van het zicht.
‘Dat weet je niet’, zei de dromer.
‘Je kunt het niet zeggen, of meten,
en het is moeilijk aan te wijzen.
Je kunt het wel voelen.
Het drukt op je ziel,
eerst licht
maar onvrijwillig
komt er steeds een gram bij
en uiteindelijk
word je verpletterd door het gewicht.
Je merkt het vaak pas achteraf.’
Geef een antwoord